Round Table Hybride Werken: Communities creëren zelf hun werkplek
Het hybride werken heeft een vlucht genomen sinds de gezondheidscrisis, maar wat betekent dit voor organisaties en hoe gaat de werkomgeving van de toekomst eruit zien? Zes experts bogen zich tijdens de Workplace Xperience over deze vragen en gaven hun inzichten. “Het kantoor wordt een ecosysteem voor verschillende plekken.”
Verslag: Marvin van Kempen Foto: Lieke Kooyman
Min of meer noodgedwongen werden we de afgelopen twee jaar bekend met het meer structureel thuiswerken en we hebben de snelste digitale verandering ooit doorgemaakt. De corona-periode heeft het hybride werken een flinke zet gegeven. Maar wat is hybride werken nu precies en wat betekent het? “Het zorgt dat we meer nadenken over de leefbaarheid van het gebouw en de aspecten geluk en welzijn voor medewerkers”, trapt Heijme van Gellecum van AM af. “Vroeger richtten we ons vooral op functionaliteit in een gebouw, nu voegen we daar elementen als toekomstbestendigheid en flexibiliteit om in te spelen op nieuwe situaties aan toe: ‘Reinventing the office’.”
“Hybride werken zorgt dat we meer nadenken over de leefbaarheid van het gebouw en de aspecten geluk en welzijn voor medewerkers.” – Heijme van Gellecum (AM)
De gezondheidscrisis leerde ons dat we kritischer mogen zijn over onze forenstijd en de balans tussen werk- en privé. Annelou de Groot van IWG: “Nu we het fijne hebben ervaren van het kunnen variëren van werkomgeving, soms zonder forenstijd, worden deze elementen wellicht nog belangrijker dan andere arbeidsvoorwaarden. Belangrijk is dat de werkgever een gezonde en gelukkige werknemer als doel heeft, maar daarbij de energiedoelstellingen niet uit het oog mag verliezen.” Gerda Stelpstra van Cushman & Wakefield voegt daaraan toe dat het vanwege de populariteitsgroei van hybride werken nóg belangrijker wordt om de identiteit van je organisatie concreet te maken. “Weet waar je voor staat om alle belangrijke elementen samen te vatten in een kantoor dat voor je werkt. Diversiteit is daarbij een sleutelwoord, luister goed naar wat het individu wil en heb aandacht voor verschuivende wensen.”
“Belangrijk is dat de werkgever een gezonde en gelukkige werknemer als doel heeft, maar daarbij de energiedoelstellingen niet uit het oog mag verliezen.” – Annelou de Groot (IWG)
Adaptief Om die veranderende wensen goed in te vullen zijn er een aantal belangrijke focuspunten. Tia van Beek van Principal Real Estate Europe: “Flexibel werken kun je alleen faciliteren in gebouwen die je erop ontwikkelt en die kunnen evolueren. In onze beleggingsbeslissing vinden we het cruciaal dat een gebouw adaptief is. Het begint bij het luisteren naar de klant en bij het ontwerp rekening houden met flexibiliteit.” Op het vlak van financiering zien we de beweging naar hogere standaarden. Hein Wegdam van ING Real Estate Finance: “Voor nieuwe aanvragen is een hogere ondergrens vanzelfsprekend. Oude gebouwen moeten we transformeren of er afscheid van nemen.”
“Flexibel werken kun je alleen faciliteren in gebouwen die je erop ontwikkelt en die kunnen evolueren.” – Tia van Beek (Principal Real Estate Europe)
“Voor nieuwe aanvragen is een hogere ondergrens vanzelfsprekend.” – Hein Wegdam (ING Real Estate Finance)
Flexplek in je wijk De afgelopen jaren merken we dat werk en privé meer in elkaar worden verweven. Volgens Nils Bonder van AM zien we die beweging terugkomen in de blauwdruk van de werkomgeving van de toekomst: “Ontwikkelaars moeten de stap moeten zetten om op kantoor meer mogelijk te maken dan het traditionele werken. Het moet eenvoudiger worden om tussen de middag te sporten, je boodschappen te doen of bijvoorbeeld een lange wandeling te maken om je hoofd leeg te maken. Daarnaast moet je thuis kunnen werken als je dat wilt en jezelf kunnen opladen en focus kunnen creëren.” Daar sluit Stelpstra zich bij aan: “Dat betekent meer dan ontmoetingsruimtes creëren. We gaan naar multifunctionele omgevingen. ’s Ochtends wil je wellicht een kop koffie drinken met collega’s en in de middag wil je met klanten bellen op een stillere plek. Creëer dus een omgeving die aan verschillende behoeften voldoet: een ecosysteem voor verschillende plekken. Dat kan ook betekenen dat je binnen je eigen wijk een flexplek ontwerpt.”
“Ontwikkelaars moeten de stap moeten zetten om op kantoor meer mogelijk te maken dan het traditionele werken.” – Nils Bonder (AM)
Knuffelkantoren Het creëren van communities en ecosystemen kunnen we dan ook als trend zien, evenals multi-use. De Groot: “Er is behoefte aan meerdere type gebruiksfuncties in een gebouw. Wij merken dat ontwikkelaars daar met ons eerder in het proces over in gesprek gaan. Dat vraagt van ontwikkelaars dat ze goed inzichtelijk hebben welke behoeften er zijn. Daarnaast mogen we de activering niet vergeten, want winkels, woningen en kantoren worden vaak gescheiden ontwikkeld, terwijl je wilt dat die functies door elkaar lopen en met elkaar kennismaken.” Van Gellecum speelt daarop in: “Dat betekent voor ons dat we goed kijken naar wat de verschillende wensen zijn en de gebruikerswensen, ook voor de toekomst, goed definiëren. En wederom vraagt het erom dat we geluk en welzijn actief bevorderen en bijvoorbeeld zorgen voor flexibel indeelbare installaties van een gebouw.” Van Beek voegt toe dat ze in het buitenland kijken naar Nederland als gidsland voor de workplace experience: “In de Verenigde Staten is er een ander perspectief. Zoals ooit een door DTZ geïntroduceerde term. Daar hebben ze nog ‘buffelkantoren’ in plaats van ‘knuffelkantoren’. “